Dede Oso

Paramaribo, Suriname

De bevolking van Suriname is onderverdeeld in verschillende groepen, waaronder de Afrikaans-Surinamers. Zij worden ook wel de Creolen, Marrons of Bosnegers genoemd en zijn nakomelingen van slaven. Door de lange historie van kolonisering en invloed van verschillende culturen hebben de Afrikaans-Surinamers een eigen manier ontwikkeld voor het omgaan met de dood.

Sterven wordt eigenlijk gezien als overgangsritueel, als een overgang van leven naar dood. Dit ritueel bestaat uit meerdere ceremonies, waaronder Dede Oso. Letterlijk betekent het ‘sterfhuis’, wat verwijst naar de plaats waar de overledene heeft gewoond en waar de bijeenkomst wordt gehouden. Traditioneel duurt deze ceremonie van de avond voor de begrafenis tot de ochtend erna. ’s Avonds werden er verhalen over de overledene verteld en werden er rouw- of troostliederen gezongen.

Vroeger werd in de nacht van Dede Oso in het huis bij de nabestaanden geslapen, om hen te beschermen tegen de yorka. De yorka is de geest van de overledene, die het lichaam heeft verlaten maar nog geen eindbestemming heeft gevonden. Ook werden foto’s en spiegels in het huis bedekt, en werd er voedsel geofferd. In Suriname is wit de kleur van rouw en is iedereen dus in het wit gekleed.

Na de Dede Oso volgt het wassen, kleden en inkisten van de overledene, dinariwroko. Hierbij wordt veel gezongen en er worden spullen in de uitvaartkisten gelegd. Dinari (afleggers) helpen de nabestaanden op een juiste manier afscheid te nemen van de overledene. Zo mogen er bijvoorbeeld geen tranen in de uitvaartkist vallen, dit zou de yorka besmetten.

Tijdens de anitriberi (begrafenis) wordt de kist naar het graf gedragen. De dragers moeten dan schijnbewegingen maken, zodat de geest van de overledene hem of haar niet zou kunnen volgen. In de weken na de begrafenis volgen nog een paar bijeenkomsten vergelijkbaar met Dede Oso. Met het laatste ritueel wordt de ziel van de overledene ‘vrijgemaakt’ en hiermee eindigt het rouwproces.

Tegenwoordig vinden veel Afrikaans-Surinamers de uitbundige rouwbijeenkomsten overdreven en onnodig. Ze verzetten zich tegen de traditie en pranpran (rituele ophef). Daarentegen zijn er ook mensen die juist de traditie omarmen. Meestal zijn dit migranten die in de laatste fase van het leven terugkeren naar hun ‘roots’.

Paramaribo, Suriname